De eerste minuut

Gepubliceerd op: 10/03/2020
drop in

De eerste momenten van een presentatie zijn het ingewikkeldst. Je hebt geleerd dat je met een hook moet beginnen als je je publiek mee wilt krijgen. Tegelijk heb je klamme handen, bonst je hart in je keel en kun je nauwelijks nadenken. Zie dan dat creatieve begin er maar eens uit te krijgen.

Een van de meest angstaanjagende dingen aan skaten vond ik de drop in. Dat is met je skateboard van een quarter of half pipe afrijden. Het gaat als volgt. Je staat op de rand. Je ene voet drukt de tail van het board op de rand, je andere voet zet je op de plank ter hoogte van de voorwielen. Na eindeloos twijfelen verplaats je je gewicht naar voren. Je stort je in de afgrond.

Als Tony Hawk het doet, lijkt het zo simpel.

Deze herinnering uit mijn tienerjaren drong zich aan me op toen ik het gevoel probeerde te beschrijven dat past bij de eerste momenten van een presentatie. Ik ken het uit eigen ervaring en zie het ook in mijn trainingen gebeuren. Je zit met klamme handen op je stoel te wachten tot je aan de beurt bent. Met een hart dat in je keel tekeer gaat loop je naar voren. Op de een of andere manier komen de eerste woorden uit je mond en voor je het weet ben je onderweg. Meestal gaat het daarna als in een droom. Je komt bij zinnen als je weer op je stoel zit.

Op safe spelen

Voor de groep gaan staan en beginnen met praten druist tegen onze natuur in. In de omgeving waarin ons brein evolueerde was buiten de groep staan potentieel dodelijk. Hoewel er (in fysieke zin) in een presentatiesetting geen gevaar schuilt, gaan nog steeds al onze evolutionaire alarmbellen af. Je lichaam bereidt zich voor op vluchten, bevriezen of vechten. Het bloed gaat naar de lichaamsdelen die daarvoor nodig zijn. Je hoofd krijgt juist minder. Helder denken is onmogelijk. De primaire reflex is dan ook om in de eerste minuut op safe te spelen. Je begint te praten over waar jij je comfortabel bij voelt. Je maakt contact met jezelf, met wat je weet en waar je je zeker over voelt. In de wetenschappelijke context betekent het dat je begint te praten over het onderzoek waar je dagelijks mee bezig bent. Je brein is afgesteld op deze frequentie.

Het effect is dat je hoogstwaarschijnlijk langs het grootste deel van je publiek heen praat. Je toehoorders zijn bij aanvang vaak elders met hun gedachten. Ze denken aan de presentatie die voor de jouwe werd gegeven, ze zien op tegen hun eigen presentatie die nog komt of verwerken een berichtje dat zojuist binnenkwam op de telefoon. Willen ze hun volle aandacht op jou en je verhaal richten, dan moeten ze hiertoe verleid worden. Daarna moeten ze het gevoel krijgen dat ze jou kunnen vertrouwen en geloven. Twee klassieke elementen die je hiervoor in kunt zetten zijn de hook (je kunt beginnen met een anekdote, een retorische vraag of een gebeurtenis uit het nieuws) en hierna je onderzoek introduceren vanaf gedeelde grond (je linkt je onderzoek aan de dagdagelijkse werkelijkheid van je publiek).

Conor Neill over het beginnen van een toespraak.

Smak op het asfalt

Natuurlijk kun je een hook en goede introductie van te voren uittekenen. Je kunt inspirerende filmpjes kijken, erover brainstormen met collega’s en de eerste minuut voor de spiegel oefenen. Het voor de groep uit je mond krijgen is een ander ding. Heel vaak zie ik tijdens oefeningen het eerder bedachte begin in rook opgaan. Men schakelt over op de manier zoals het tot dusver ging: ‘hallo ik ben x en ik ga praten over y’. Op een andere manier beginnen en praten over je onderzoek op een niveau waarop je dat niet gewend bent vergt hersencapaciteit die je door de stress niet hebt.

Om het naar skatetermen te vertalen: je klimt weer van de quarter pipe af en maakt al steppend vaart. Hiermee bespaar je een pijnlijke smak op het asfalt. De eerste keren plaats je je gewicht namelijk verkeerd en val je onherroepelijk voor- of achterover. Tegelijk ontneem je jezelf de euforie die skateboarden verslavend maakt. Want na eindeloos proberen komt het moment dat je blijft staan en met grote vaart de skatebaan op vliegt.

Magisch

Beginnen met een onconventionele eerste minuut vergt moed. Je opzet kan mislukken. Het kan een negatieve spanning tussen jou en je publiek creëren en daarmee je stress naar grote hoogte stuwen. Durf je het, ondanks je droge keel, vernauwd bewustzijn en angst voor afgang aan en het lukt, dan gebeurt er iets magisch. Je heft je isolement op en smeedt een groep die zich door jou door het verhaal laat leiden. Dit contact met je publiek maakt het presenteren voor jou veel makkelijker. De energie die nodig is om je verhaal door te komen komt niet langer van jou alleen, maar ook uit het enthousiasme van de zaal. Deze chemie tussen spreker en publiek maakt de redevoering de meest krachtige manier van communiceren.

Enerzijds creëer je met een goede eerste minuut contact doordat je woorden aansluiten bij de kennis, de behoeften, de angsten, de begeerten, de aannames en de interesses van je publiek. Je pakt hun aandacht door hen aan te spreken in hun taal en maakt hen nieuwsgierig naar het onbekende. Precies zoals filmmakers je een verhaal in trekken met de klassieke middelen van hun metier. Nog belangrijker: je straalt durf uit. Iedereen weet hoe het is om voor die groep te staan. Om te doen wat afwijkt van de conventie moet je dapper zijn. Je laat zien dat je ondanks je zenuwen de moeite doet om je publiek mee te krijgen. Je toont vertrouwen in je kunnen en dat werkt aanstekelijk. Het is als de veren van de pauw. Met zo’n grote staart kun je alleen als je heel erg fit bent overleven in een omgeving met luipaarden en tijgers.

Punt is dat je een drempel over moet als je contact wilt leggen met je publiek. Het goede nieuws is dat deze drempel slijt naarmate je hem vaker overschrijdt. Als je Tony Hawk ziet skaten en Conor Neill ziet presenteren, kijk je naar het resultaat van duizenden uren oefenen. Dus: oefen. Doe dat op veilige plekken: tijdens een presentatietraining, verjaardagen, in de kroeg of wanneer je je vakgroep toespreekt. Zo kun je verschillende manieren van openen uittesten op verschillende publieken en jezelf in kleine, behapbare doses blootstellen aan de bijkomende stress. Wanneer je vervolgens op het hoofdpodium van een internationaal congres of voor een Veni commissie staat, zal het leggen van contact met je publiek veel eenvoudiger zijn. Je hebt het dan al talloze keren gedaan.

Hoofdfoto: Staff Sgt. Mike Meares, Joint Base Pearl Harbor-Hickam Public Affairs

Hermen Visser

Hermen Visser

Hermen Visser (1985) studeerde biologie in Leiden. Sinds zijn studie werkt hij als wetenschapsjournalist en trainer. Hij traint wetenschappers die zijn uitgenodigd voor een interview bij NWO (Veni, Vidi, Vici, Zwaartekracht) of ERC (Starting, Consolidator, Advanced) beurzen. Zijn focus ligt hierbij op het perfectioneren van de verhaallijn en slides. Daarnaast ontwikkelt en geeft hij trainingen gericht op o.m. presenteren, media en bloggen.